Ontsnapte beer

Ze heeft haar teddybeer op de grond gezet en is nu op zoek naar haar stoepkrijt. De beer hangt voorover, maar niet zo ver dat hij op zijn snuit valt. Een beer waardig blijft hij met zijn achterwerk op de stoep zitten.
Daar komt ze alweer aan met haar emmertje waar ze haar krijtjes in bewaart. Ze heeft de beschikking over alle kleuren van de regenboog, maar voor vandaag kiest ze een lichtblauw krijtje. Hiermee trek ze een cirkel om haar beer heen. Beer zit nu gevangen in de cirkel. Hij mag er pas uit als zij daar toestemming voor geeft. Zij geeft alleen toestemming als beer een goede reden opgeeft om de cirkel te verlaten. Als hij honger krijgt, of dorst bijvoorbeeld. Of als hij stijve poten krijgt van het zitten en hij even een rondje om de cirkel heen wil lopen. Dat zijn allemaal goede redenen. Met minder neemt ze geen genoegen. 

Ze buigt zich voorover. Beer zegt dat hij even de cirkel uit wil. Welke geldige reden heeft hij hiervoor? Beer richt zich een beetje op en kijkt haar aan. Ik ben vies. Ik wil me wassen.
Ze fronst haar wenkbrauwen. Dit had ze niet verwacht. Wel iets in de trant van eten of drinken. Beren krijgen snel trek, daar zijn het beren voor. En honger en dorst krijg je vanzelf. Ze vraagt zich af hoe haar teddybeer vuil kon worden. Op welke plaatsen zijn ze vanochtend allemaal geweest? Voornamelijk in huis. En niet op zolder. Beer is niet in contact geweest met zaagsel en spinnenwebben. En buiten zijn ze nog maar net. Hij heeft eerst een tijdje naast haar op de tuinbank gezeten voordat ze hem op de stoep neerzette.
“Ik geloof je niet”, zegt ze. “Je bent niet vies.”
“Ik ben wel vies. Ik heb in de grond gegraven.”
“Dat kan niet. We zijn nog maar net buiten. En ik ben de hele tijd bij je geweest.”
“Niet de hele tijd. Je bent binnen je stoepkrijt gaan halen.”
Verhip, dat klopt. Ze is niet de hele tijd bij hem geweest. Had zij weer. Je kunt tegenwoordig niet meer even je speelgoed rond laten slingeren of het wordt al tegen je gebruikt. Beren krijgen snel honger, beren houden van graven en beren zijn ook heel gehoorzaam. Maar toen ze binnen haar emmertje aan het zoeken was had ze nog geen cirkel om haar beer heen getrokken. Dus toen kon hij even de grond tussen de bloemen overhoop halen. En nu is beer vies en wil hij de cirkel uit om zich schoon te maken.
“Je hoeft de cirkel niet uit”, zegt ze resoluut. Ze loopt naar binnen.

Als ze weer de tuin in loopt heeft ze een teiltje water en een spons bij zich. Ze gaat beer wassen in de cirkel zodat hij de cirkel niet uit hoeft. Op die manier hoeft beer geen gebruik te maken van de gootsteen of het toilet. Dat vindt ma dan ook weer prettig. Bij een wasbeurt buiten heb je geen last van verstopte afvoeren en gladde tegelvloeren. Ze hoeft dus niet voorzichtig te doen met het water. Wanneer ze de teil en spons terug naar binnen brengt is de teil bijna leeg. 

Als ze weer naar buiten loopt ziet ze dat de stoep toch wel flink nat is geworden. Door de richels tussen de tegels lopen stroompjes lichtblauw water naar het gras. De wasbeurt heeft de cirkel waar beer binnen moest blijven weggespoeld. En nu is beer weg.